‘Elektrisch materieel staat met grote letters in en óp de agenda’

Bramske: Een elektrische sproeiwagen, een elektrische wals en energiezuinige keten… De verduurzaming in de wegenbouw gaat in rap tempo bij Ballast Nedam Road Specialties. Waarom ligt jouw focus nou juist op de asfaltsets?

Joep: Met ons nieuwe materieel werken we nou eenmaal veel duurzamer. Goed voor onze klanten én fijn voor onze eigen mensen die met het meest moderne materieel werken. De HW90 Hamm wals hebben we zelfs omgebouwd tot elektrisch voertuig. Vanwege de omvang leende deze wals zich hier perfect voor. Toch is de opstart van zo’n transitie altijd moeilijk, dat merk je wel. Dan vergeet iemand de stekker erin te doen en dan is de accu ineens leeg.

Bramske: Haha ja, nogal een typerend voorbeeld. We besparen CO2 op allerlei fronten, waaronder ons wagenpark, ons materieelpark en de uitstoot op onze kantoren. Feitelijk gaat deze transitie veel verder dan alleen elektrisch materieel. We leggen onze daken vol met zonnepanelen, hergebruiken grondstoffen en zoeken de samenwerkingen op. Er zijn meerdere knoppen waar we aan kunnen draaien. Dat is mooi. Zo ben ik op meerdere velden aan het schaken.

Joep: Ik ook, ik heb meerdere dingen waar ik nu mee bezig ben. We hebben bijvoorbeeld het onderzoekslaboratorium van DIBEC letterlijk in huis gehaald in Leerdam. Dat voegt waarde toe, het zijn tenslotte slimme mannen en vrouwen. Het liefste zou ik van locatie Leerdam een proeftuin maken, waar we laten zien wat we allemaal kunnen op het gebied van infra. En daar horen duurzaamheid en circulariteit natuurlijk bij.

In de afgelopen twee jaar hebben we al ons asfaltmaterieel vernieuwd, met veel aandacht voor duurzaamheid. We zoeken naar een bepaalde flexibiliteit in de investeringen die we doen. Daarom voeren we gesprekken met potentiële partners en denken we bijvoorbeeld aan verwisselbare modules op onze vrachtauto’s. Als we dan over twee jaar een elektrische vrachtwagen aanschaffen, dan kunnen we de opbouw heel gemakkelijk wisselen. In die gesprekken steek ik veel tijd en energie. Dat geeft inzicht en biedt kans om na te denken over onze volgende stap.

Bramske: Had je vroeger verwacht dat je hier nu zo intensief mee bezig zou zijn?

Joep: Nee, eigenlijk niet. De bouw en infra zijn vrij traditioneel en in de afgelopen decennia is het proces van asfalteren niet echt veranderd. Er zit veel uitdaging in het verbeteren van deze processen. En daar ligt mijn kans. Die uitdaging heb ik ook nodig, anders word ik onrustig.

We zetten stappen vooruit en hebben vertrouwen opgebouwd. Bovendien is het geen gebakken lucht. Wat wij zeggen, doen we ook. Als we een elektrische wals hebben, laten we het zien. Misschien zelfs te weinig. Maar we gaan niet roepen dat we álles elektrisch doen, terwijl we het nog niet kunnen. Onze klanten waarderen dat ook. We zijn hier bescheiden in, maar de dingen die we laten zien, hebben we ook daadwerkelijk. Hoe zie jij dat?

Bramske: Ja, daar ben ik het wel mee eens. Het staat nu echt met grote letters in en óp de agenda. En het gaat verder. In 2030 willen we een CO2-vrije bouwplaats hebben, dus iedere investering telt. Als bouwer zijn we erg gebonden aan de eisen van onze opdrachtgever. Daardoor hebben we wat minder invloed op keuzes die tijdens het project gemaakt kunnen worden en moeten we scherp kijken naar onze investeringen. Kunnen we ál ons materieel elektrificeren of zero emissie maken? Gaan onze leveranciers en onderaannemers erin mee? Wil mijn opdrachtgever wel voor de meerkosten betalen? Dat maakt het uitdagend.

Joep: Tja, dat is juist hoe ik Ballast Nedam Road Specialties het liefste zou zien. Als ik in de supermarkt een potje jam kies, dan kijk ik niet naar de prijs, maar dan denk ik: ‘Die is lekker. Die neem ik mee.’ Zo zie ik onze bedrijfsvoering ook een beetje. Ik hoef niet álle klanten te bedienen en wil ook zeker niet per se de goedkoopste zijn. Ik wil juist de klanten die op een fijne manier willen samenwerken, een eerlijke prijs willen betalen en met mij willen bouwen aan een lange relatie. Trouwens, je wil krijgen waar je voor betaald hebt. Of juist méér. Dat werkt bij mij als een rode lap voor een stier. Als iemand tegen mij zegt: ‘Dat plannetje, dat krijg jij niet voor elkaar.’ Dan heb ik het beste plan. Gegarandeerd.

Bramske: Een uitdaging.

Joep: Dat is ook wat ik in projecten zie. Als je met een klant praat en weet wat er speelt en leeft, dan kun je zijn of haar problemen sneller oplossen. Die uitdaging vind ik leuk. Dat is het allermooiste wat er is; een werk aannemen omdat je net iets slimmer bent geweest dan een ander.

Bramske: Ja, en een werk zodanig maken dat je ook iets hebt voor de toekomst. Je draagt daadwerkelijk iets bij aan de maatschappij. Dat wil je op een zo verantwoord mogelijke manier doen. Met jouw elektrische materieel, bijvoorbeeld.

En toch: we kunnen na een tijdje emissieloos zijn, maar dan zijn er weer andere knoppen waar je aan kunt draaien op het gebied van duurzaamheid. Het is niet alleen de stikstof, de fijnstof, de CO2. Het draait ook om de schaarste van grondstoffen en de opkomst van biodiversiteit. Er zijn zoveel stappen te zetten, dus we moeten continu scherp zijn. Waar leggen we de focus op? We moeten verstandig zijn in de keuzes die we maken, maar dat is geen reden om niets te doen. We kunnen niet zeggen: ‘We hebben ons hele materieelpark vervangen, nu zijn we klaar.’ Nee, dan ben je niet klaar.

Joep: Wat ik ook heb geleerd, is dat je op een gegeven moment keuzes moet durven maken. Wellicht blijken sommige keuzes achteraf niet zo slim of strategisch te zijn als je had gedacht. Wij hebben bijvoorbeeld ook klein, elektrisch materieel staan waarvan we nu zeggen: ‘Dat was niet helemaal wat we wilden.’ Tja, inmiddels weten we beter en hebben we nieuwe lessen geleerd. Niet kiezen is een doodzonde, dat staat voorop.