‘Laten we mensen letterlijk en figuurlijk meer adem geven’
Als challengers dagen onze collega’s de markt uit. Bramske van Beijma is één van hen. Haar drijfveer? Schone lucht.
Een sprong in de tijd. In september 2020 startte Bramske bij Ballast Nedam als Director Corporate Social Responsibility. Haar taak: bewustwording creëren om nóg actiever aan de slag te gaan met duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen. Als challenger zorgt ze voor intrinsieke motivatie, voedt ze haar collega’s met informatie en houdt ze alle teams bij de les. Een rol die Bramske perfect past. “Kort gezegd daag ik de status quo uit. Stilstand is achteruitgang, dus we moeten ons bezighouden met alle nieuwe thema’s. Anders doe je niet meer mee met de markt. Opdrachtgevers en concurrenten zitten ook niet stil.”
Je hebt een grote taak. Zie je jezelf ook als challenger?
“Eigenlijk wel. Ik ben ook letterlijk bij Ballast Nedam gestart met de vraag om het bedrijf uit te dagen. Deze thema’s moeten niet simpelweg worden afgevinkt voor de certificering, maar moeten juist een transitie in gang zetten. En dat is binnen deze thema’s hard nodig, want we werken voor een betere leefomgeving. Met name in stedelijke gebieden heeft dat een hoge prioriteit. Dat heb ik zelf ondervonden. Hoe fijn is het om níet al die stinkende auto’s om je heen te hebben, maar juist veel groen om je heen te zien? We zien dat het overal dichtslibt door de verstedelijking. Laten we daar natuur tussen zetten, zodat mensen letterlijk en figuurlijk meer adem krijgen.”
“We bouwen steeds mooiere, duurzamere projecten. Zo zijn we actief met het realiseren van BREEAM-gecertificeerde gebouwen en werken we met MKI (milieu kosten indicator) berekeningen voor infrastructurele projecten. En we dragen het circulaire gedachtengoed uit. We hebben bijvoorbeeld onze betonnen prefab liggers op een viaduct van de A9 Gaasperdammerweg ter beschikking gesteld voor een onderzoek van Royal HaskoningDHV. Daarnaast richten we ons op innovaties en pilots. Vanzelfsprekend willen wij ons werk op een schone manier uitvoeren. Onze opdrachtgever Rijkswaterstaat wil bijvoorbeeld emissievrije bouwplaatsen in 2030. Maar eigenlijk willen wij dat al eerder. Om mooie, positieve impact te maken moeten we ook op lange termijn iets achterlaten voor de wereld. Daarom ben ik nu bezig om de bouwplaats en ons bouwproces te verschonen, zodat onze projecten blijvende, positieve impact hebben.”
Samen met Hochtief en Van Oord gaan we 2,4 kilometer aan kades en grondkeringen in de Prinses Amaliahaven aanleggen, voor de groei van de Rotterdamse haven. Een thuiswedstrijd voor jou, als we terugblikken op jouw jeugd. Hoe zorg je vanuit Ballast Nedam voor verschoning op die enorme bouwplaats?
“In de tenderfase van de Prinses Amaliahaven merkten we al: we moeten actief aan de slag voor minder CO2-uitstoot. Daarom zijn we kritisch naar ons proces en materieel gaan kijken. Het is lastig, want nog niet alle bouwmachines zijn elektrisch. Klein materieel kan al wel, maar zware elektrische heimachines bestaan bijvoorbeeld nog niet."
"We zijn gaan onderzoeken of we voor tachtig procent met biobrandstoffen konden werken, zoals HVO. En hoe zat het met onze werkprocessen? Kon dat anders? Nog slimmer? We zijn met de werkvoorbereiders aan tafel gaan zitten om te kijken of we op een andere manier konden bouwen. En dat lukte. We gaan nu bijvoorbeeld de bemaling elektrisch doen, in plaats van met een dieselaggregaat. Dat scheelt, want nu hebben we zelfs een damwand minder nodig. Doordat we een damwand niet hoeven te slaan, hebben we veel minder staal, manuren en transport nodig. En al met al scheelt dat ook weer CO2 uitstoot.”
“Kleine stappen maken de bewustwording groter, merk ik. Bij de Prinses Amaliahaven is zichtbaarheid van duurzaamheid belangrijk. We hebben energieneutrale keten met warmtepompen en zonnepanelen. Ook op het enorme bouwterrein zetten we energieneutrale cabines met zonnepanelen op het dak, zodat onze mensen daar in hun pauze koffie kunnen drinken. We kijken continu hoe we kunnen bouwen met nog minder materialen, machines en fossiele brandstoffen. Als we tussendoor ook nog onze eigen energie kunnen opwekken dan is dat helemaal mooi.”
Kleine stappen voor een grote impact.
“Klopt. Aan de ene kant pak ik de geijkte dingen aan. Het laaghangend fruit, voor de snelle opbrengst. Aan de andere kant kijk ik verder en creëer ik slagkracht door samen te werken. Daarom hebben we ons aangesloten bij De Groene Koers: het platform voor de bouw en infra sector dat zich richt op emissiereductie van mobiele werktuigen. Ook zijn we aangesloten bij ENI: Emissieloze Netwerk Infrastructuur. Deze stichting richt zich op de CO2-reductie van Infra bouwplaatsen en streeft daarbij naar CO2-neutraliteit in 2026 in plaats van 2030. Op het gebied van circulariteit zijn we daarnaast actief in werkgroepen van het circulair bouwen platform CB’23.”
Social responsibility gaat natuurlijk verder dan alleen duurzaamheid. Daarbinnen vallen ook de thema’s veiligheid, goed werkgeverschap, digitalisering, integriteit en omgevingsmanagement. Daardoor valt social return, de inzet van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, ook binnen jouw portefeuille.
“Op het gebied van social return zijn echt nog veel stappen te zetten. Daarom heb ik onze HR-afdeling uitgedaagd om extra vijf mensen vanuit social return in te huren om hen een kans te geven en werkervaring op te doen. Een bepaalde inzet van social return op onze projecten is verplicht bij aanbestedingen, maar we kunnen nog meer dan dat. Dit is iets waar we ons hard voor gaan maken.”
“Een heleboel, als ik zo terugkijk. Ik heb gezorgd voor een verandering in de manier van denken, waarbij ik social responsibility en duurzaamheid binnen het bedrijf nog scherper op de kaart heb gezet. De CSR-afdeling is nu zichtbaarder en meer betrokken, waardoor we meer input leveren in prekwalificaties en tenders zoals de Prinses Amaliahaven. We hebben raamcontracten gesloten voor Nederlandse groene stroom voor onze kantoor-, productie- en bouwlocaties, een derde van de leaseauto’s die we aanbieden aan onze medewerkers is nu elektrisch en in ons nieuwe brandstofcontract zitten GTL (Gas to Liquid) en HVO (Hydrotreated Vegetable Oil). Al ons hout is duurzaam gecertificeerd en ook onze onderaannemers bevragen we nu nog kritischer op duurzaamheid.”
“Belangrijk hierbij is wel dat we ons allemaal eigenaar moeten voelen. Het is niet zo dat ik als enige de club uitdaag. Dit is iets gezamenlijks en de motivatie moet vanuit collega's zelf komen. Soms moet ik praten als brugman, maar mensen staan er echt voor open. Dat is zo mooi om te zien. Als ik kijk naar wat ik nu in negen maanden heb bereikt, dan zie ik hoe groot het effect is wanneer je mensen enthousiasmeert. We gaan steeds sneller. Ik ben trots op onze organisatie en de weg die we zijn ingeslagen.”